Veolia heeft in Sombreffe (provincie Namen) haar eerste Belgische installatie geopend voor de verwerking van verpakt organisch bedrijfsafval. De locatie is ingericht om jaarlijks tot 30.000 ton afval afkomstig van onder meer de voedingsindustrie, horeca en groothandel te ontpakken en geschikt te maken voor verwerking via biomethanisatie.
Nieuwe verwerking voor verpakt organisch afval
Tot voor kort werd in Wallonië een aanzienlijk deel van het organisch afval samen met de verpakking verbrand, omdat sortering en scheiding ontbraken. Vooral onverkochte of vervallen producten zoals brood, vleeswaren en verpakt fruit kwamen hierdoor niet in aanmerking voor recycling. De nieuwe installatie scheidt het organisch materiaal mechanisch van de verpakking, waarna het wordt vermalen tot een vloeibare massa – ook wel ‘organische soep’ genoemd – die geschikt is voor vergisting.

Deze soep wordt tijdelijk opgeslagen op de site en vervolgens naar verschillende lokale vergisters vervoerd, waar het organisch materiaal wordt omgezet in biogas. Het proces resulteert in circa 7,6 GWh aan groene elektriciteit per jaar, wat volgens Veolia voldoende is voor het jaarlijkse verbruik van ongeveer 2.100 Belgische huishoudens.
Regelgeving dwingt tot verandering in afvalverwerking
De aanleiding voor deze ontwikkeling ligt in de gewijzigde regelgeving. Sinds 1 januari 2024 is het in heel België wettelijk verplicht om organisch afval apart in te zamelen, zowel voor huishoudens als voor bedrijven. Voorheen was deze verplichting enkel van toepassing in Vlaanderen. De wetgeving heeft als doel om de hoeveelheid restafval te verminderen en de valorisatie van organische stromen te verhogen.
Bedrijven die voedingsmiddelen verwerken of verkopen – zoals supermarkten, producenten en horeca – zijn daardoor genoodzaakt om verpakt voedselafval gescheiden aan te leveren. Dit vraagt om aangepaste logistiek én verwerkingscapaciteit, waarop Veolia nu inspeelt met deze nieuwe infrastructuur.
Hoe werkt biomethanisatie?
Biomethanisatie is een vorm van anaerobe vergisting waarbij micro-organismen organisch materiaal afbreken in afwezigheid van zuurstof. Hierbij ontstaat onder meer biogas, dat hoofdzakelijk uit methaan en koolstofdioxide bestaat. Dit gas wordt vervolgens omgezet in elektriciteit en warmte, of opgewerkt tot biomethaan dat in het aardgasnet kan worden geïnjecteerd.

Volgens Veolia levert biomethanisatie tot 1,4 keer meer energie op dan conventionele verbranding van vergelijkbaar afval. Hoewel deze verhouding plausibel is, hangt de werkelijke opbrengst af van factoren zoals de samenstelling van het afval, de efficiëntie van de vergister en het terugwinningsrendement van de installatie. Onafhankelijke cijfers over dit specifieke project zijn vooralsnog niet gepubliceerd.
Reststromen en vervolgverwerking
De verpakking die na ontpakking overblijft, zoals flexibele folies of bakjes, wordt als reststroom aangeboden voor verdere verwerking of verbranding, afhankelijk van het materiaaltype en de verontreinigingsgraad. Veolia geeft in het persbericht niet aan in hoeverre deze reststromen nog kunnen worden gerecycled. Dit aspect is relevant voor een bredere beoordeling van de ecologische voetafdruk van de installatie.
Volledige opstart verwacht in 2026
De installatie is gebouwd op een voormalige composteerlocatie en bevindt zich momenteel in de opstartfase. Naar verwachting zal de volledige capaciteit eind 2026 bereikt worden. De totale investering bedraagt 2 miljoen euro. Volgens Veolia sluit de site aan bij haar bredere strategie om lokaal beschikbare afvalstromen in te zetten als hernieuwbare grondstof en zo bij te dragen aan een circulaire economie in de regio.




